Het Algemeen Dagblad en het geheim van de ramadan-criminaliteit

13-07-2012 10:28

 

Vandaag heeft kwaliteitskrant AD de voorpagina ingeruimd voor een goed onderbouwd stuk met een zeer genuanceerde kop: Extra inzet politie tegen ramadan-criminaliteit. Het stuk is geschreven door de heren Ivar Penris en Robbert Salome. Dat er bij het AD altijd twee mensen aan dit soort belabberde stukjes werken is mij een groot raadsel. Het stuk zou in een namiddag in een kwartiertje in elkaar gedraaid kunnen worden door de eerste de beste stagiaire.

Volgens het stukje (ik kan en zal het geen artikel noemen), worden tijdens de ramadanperiode extra agenten ingezet in Utrecht en Den Haag. De korpsbeheerder van Utrecht geeft aan dat er extra mensen worden ingezet, maar wil niet zeggen hoeveel en de Haagse politie en gemeente geven aan dat ze de feestmaand zien als een ander groot evenement als Koninginnenach en oud en nieuw. Voor zover niks schokkends dus.

Maar dan gaan de heren Penris en Salome helemaal los. In de eerste alinea van het stukje wordt gezegd dat de politie in Den Haag meer agenten de straat op zal sturen om inbraken en autokraken tegen te gaan. Dat is niet wat de politie van Den Haag heeft verklaard, maar dit terzijde. In de volgende zin staat, dat veel Marokkanen deze zomer hier blijven, omdat vasten in het warme Marokko een stuk zwaarder is. De eerdere zin over autokraken en inbraken in combinatie met de zin over thuisblijvende Marokkanen, suggereert op z’n minst dat die Marokkanen wel eens wat met die autokraken en inbraken van doen kunnen hebben. Dat stoort me. Net zoals het gebruik van het woordje ‘veel’. Hoeveel dan? En waar blijkt dat uit? Maar wacht, ik heb voor mijn beurt gesproken, want later in het artikel wordt meer duidelijkheid gegeven.

Ik raap even twee uitspraken bij elkaar. ‘Het is voor het eerst sinds 32 jaar dat de vastenmaand precies in de Nederlandse zomervakantie valt.’ Een andere uitspraak uit het artikel: ‘Vorig jaar viel één week van de zomervakantie samen met de ramadan….’ Nu weet ik dat de ramadan elk jaar 11 dagen opschuift. Dat heeft te maken met het feit dat de islamitische kalender een maankalender is en zo’n kalender komt elk jaar ongeveer 11 dagen te kort. Daar de zomervakantie 6 weken duurt, is het onmogelijk dat er vorig jaar maar 1 week overlap was en nu ineens 6 weken. Even twee minuten op Google zoeken en het antwoord wordt zichtbaar. Ik ben uitgegaan van de regio midden, omdat daar de ‘rampgebieden’ Utrecht en Den Haag in vallen. In 2011had de regio midden vakantie van 2 juli t/m 14 augustus. De ramadan begon toen op 1 augustus en eindigde op 30 augustus. Dat betekent dus een overlap van twee weken en niet van één, zoals in het stuk wordt gesuggereerd. In de regio noord (waaronder Amsterdam) viel de gehele ramadan samen met de schoolvakanties en in zuid (waaronder Rotterdam) was er een overlap van drie weken. In 2012 beginnen de schoolvakanties in de regio midden op 7 juli en eindigen op 19 augustus. De ramadan begin op 20 juli en eindigt op 19 augustus. In plaats van twee weken, vallen nu alle vier de ramadan weken in de vakantie. Dat geldt ook voor de regio’s noord en zuid. De uitspraak in de krant over een overlap van één week in 2011, klopt dus niet. Misschien is het een beetje flauw om dat vast te moeten stellen, maar hoe kan ik iets aannemen van iemand die blijkbaar zomaar wat roept?

Nog twee prachtige zinnen, welke een analyse meer dan waard is: ‘Normaal viert zeker de helft van de van oorsprong Marokkaanse gezinnen in de zomer vakantie in Marokko. Nu blijft naar schatting 80 tot 90 procent thuis.’ Zeker de helft? Naar schatting? Hoe komen de schrijvers van dit artikel aan die cijfers. De woorden zeker de helft  suggereren dat ze geen idee hebben en de schatting van 80 tot 90 procent lijkt ook zomaar uit de lucht te vallen. Wat moet ik hiermee?

De directeur van het gezaghebbende Utrechtse onderzoeksbureau Labyrinth, de heer Nathan Rozema, doet een paar rake uitspraken. ‘De kinderen zijn vrij en er is bijna niemand die op ze let’. En ook. ‘De moeders, die nu nog vaak meegaan naar de speeltuin, staan de hele dag in de keuken en de vaders gaan na zonsondergang vaak naar de moskee’. In deze twee zinnen worden de woorden bijna, hele en vaak (2x) gebruikt. Er is bijna niemand die op ze let. Bijna niemand? Dus wel bij een paar? Hoe moet ik dat zien? En dan die arme moeders. Ze staan de hele dag in de keuken. Begrijp ik het goed dat alle Marokkaanse moeders de hele dag in de keuken staan? De hele dag? Dat lijkt me sterk, maar ja, als de directeur van Labyrinth het zegt, dan zal het wel zo zijn. De moeders die nu nog vaak meegaan naar de speeltuin, kunnen dat straks niet meer, want dan moeten ze koken. Ze doen dat nu dus nog wel vaak. Hoe vaak dan? En dan die vaders. De mannen toch. Ze gaan vaak naar de moskee. Nee, ik weet wel waar ik mijn onderzoek in het vervolg laat uitvoeren. Labyrinth lijkt mij bijzonder geschikt. Beste meneer Nathan Rozema, zou u voor mij kunnen uitzoeken in welke mate allochtonen in mijn wijk een supermarkt bezoeken, zodat ik mijn producten aan de bevolkingsgroep kan aanpassen. Het antwoord: nou, best vaak. Woorden als vaak en veel hebben totaal geen toegevoegde waarde en moeten worden geweerd uit dit soort stukjes.

Dan lijkt er een einde te zijn gekomen aan mijn ergernissen, maar op pagina 8 gaat het nog even door. ‘Het is onze ervaring dat jongeren ’s avonds massaal naar buiten gaan en daar vervelend doen. We proberen dat met maatregelen tot een minimum te beperken’. In het stukje in het AD worden aanhalingstekens gebruikt, ten teken dat er iemand geciteerd wordt. Maar wie blijkt dit gezegd te hebben? Medewerkers van Haagse welzijnsinstellingen. Hoe moet ik mij dat voor me zien? Het AD heeft een groep medewerkers van verschillende Haagse welzijnsinstellingen verzameld op het Malieveld, waarna ze gezamenlijk bovenstaande uitspraak hebben geuit? Of hebben de journalisten wat uitspraken bij elkaar geveegd en daar een leuke quote van gemaakt? Dat laatste zou dus een verandering van de waarheid zijn, maar ja, wie let daar nog op bij het AD?

Een laatste stukje diepgravende onderzoeksjournalistiek levert een verrassend feit op. ‘In 2008 was er een dramatische stijging van het aantal autokraken’, zegt projectleider Karim El Bouayadi. Ik neem aan dat hij bedoelt dat die autokraken gepleegd zijn tijdens de ramadan. Een dramatische stijging? Ging het van 2 naar 4 autokraken (een stijging van 200% is redelijk dramatisch) of gaat het om andere getallen. Helaas, cijfers worden niet genoemd. Wel geeft deze meneer aan dat de door hun gekozen aanpak ‘wel geholpen’ heeft. Hier ook weer geen cijfers. Als ik niet weet hoe groot de dramatische stijging is en hoe groot de daling, heb ik er niks aan. En dan nog dit. In 2008 was de ramadan van 2 september tot 2 oktober. Helemaal niet in de zomervakantie. De link met dit stukje ontgaat mij daarom. En nog een tweede puntje. De politie van Rotterdam en Amsterdam nemen geen extra maatregelen, terwijl vorig jaar de ramadan daar drie en vier weken overlap had met de schoolvakantie.

Als ik het hele stuk gelezen heb, kan ik maar één ding concluderen. Het AD wil ons doen geloven dat Marokkanen tijdens de ramadan gaan stelen en dat ze dat deze zomer in Nederland doen, omdat ze allemaal hier blijven. Fijn om te lezen als je een hardwerkende, goed opvoedende Marokkaan bent. Ik vraag me af hoe het komt dat allochtonen zich steeds minder thuis voelen in Nederland.